Wat goed dat je hebt gekozen voor een comfortabel herstel na je bevalling. Deze sluitband ondersteunt je buikgebied en helpt je lichaam zich gesteund en stabiel te voelen in de kraamtijd. Hier lees je alles wat je moet weten over het gebruik van de sluitband, zodat je er optimaal profijt van hebt.
Wanneer begin je met het dragen? Je kunt de sluitband meteen gebruiken na een vaginale bevalling. Ben je via een keizersnede bevallen? Dan is het belangrijk dat de wond goed gesloten is – meestal kun je dan vanaf dag 5 beginnen. Overleg eventueel met je kraamverzorgende of verloskundige wanneer het voor jou een goed moment is om te starten.
Gebruiksaanwijzing Let op: de bovenkant van de sluitband is korter dan de onderkant. De brede kant hoort aan de onderzijde, richting je heupen en onderbuik. Check dus goed of je de band op de juiste manier omdoet, anders zit hij niet prettig.
Hieronder zie je stap-voor-stap illustraties en uitleg voor het goed aantrekken van de sluitband

Sta rechtop, plaats het brede deel van de band boven je heupbotten met het ademende gaas op je rug, en sluit het smalle deel rond je taille.

Vouw het brede deel aan de linkerkant over je buik en bevestig als eerste de middelste van de drie klittenbanden aan de voorkant.
Het is normaal als de sluiting niet precies op je buik zit.

Maak eerst de onderste band vast en als laatste de bovenste. Het hoeft niet strak getrokken, hem vanuit een ontspannen houding vastmaken is voldoende.
Verstel (eventueel) de twee zijflapjes met klittenband zoals je het prettig vindt.
Wanneer draag je de sluitband? In de eerste 3 tot 4 weken draag je de sluitband bij voorkeur regelmatig, maar niet 24 uur per dag. Draag ‘m vooral op momenten waarop je voelt dat je extra steun nodig hebt, bijvoorbeeld als je uit bed gaat, staat, loopt of beweegt. Je kunt hem ook in bed dragen als dat voor jouw lijf prettig voelt, maar alleen als je echt die ondersteuning nodig hebt.
Na ongeveer drie weken bouw je het gebruik langzaam af. Vanaf zes weken na de bevalling stop je met dragen – tegen die tijd heeft je lichaam het grootste deel van de initiële stabilisatie zelf weer opgepakt.
Hoe hoort de sluitband te voelen? De sluitband hoort comfortabel te zitten: niet te strak, niet knellend. Je moet normaal kunnen ademen en vrij kunnen bewegen. De band moet steun geven en ‘gedragen’ aanvoelen, niet als een belemmering.
Voelt hij ergens pijnlijk, drukkend of te strak? Pas hem dan aan. Krijg je juist klachten na het dragen, zoals rugpijn of bekkenklachten? Stop dan tijdelijk met het gebruik en overleg met je zorgverlener.
Wasinstructies Je kunt de sluitband wassen op 30 graden. Gebruik geen droger en strijk de band niet. Laat hem aan de lucht drogen voor een langere levensduur.